Naar de groenteboer
Mickey gaat naar de groenteboer. Hij heeft verschillende dingen op zijn lijstje staan. Hij wil appels, peren en wat ander fruit hebben.
Groenteboer: Goedemiddag, kan ik u helpen?
Mickey: Ja, ik zou graag wat producten willen kopen. Is het de bedoeling dat ik deze zelf pak?
Groenteboer: Ja hoor, dat is prima. Is het goed als ik ondertussen de reclame van de week laat zien? De aardbeien zijn nu slechts een pond voor drie euro.
Mickey: Dat is niet duur. Doe maar twee bakjes. Heeft u verder ook nog wat lekkere appels?
Groenteboer: Zeker! Houd je van zoete appels? Dan zal ik drie van deze nemen.
Mickey: Ja, doe maar drie zoete appels.
Groenteboer: Zoekt u verder nog een bepaald product?
Mickey: Ja, wat rijpe peren. Ik wil er graag drie.
Groenteboer: Ik zal deze pakken. Bij elkaar wordt dat dan acht euro en vijfendertig cent.
Mickey: Zo, dat is best duur. Afijn, een hele fijne dag nog. Ik kom gauw weer eens langs!
Groenteboer: Tot ziens!
Mickey loopt naar buiten. Dat was een fijne winkel.
¿Has entendido el texto?
¡Por favor conteste las preguntas!
I. Mickey is tevreden over zijn bezoek.
II. De aardbeien zijn drie euro per pond.
Has contestado 0 de 5 preguntas.